Afscheid van Nieuw Zeeland.
Door: Koen
03 Mei 2009 | Nieuw Zeeland, Dunedin
Dus ik kocht er de beruchte worst bij de enige beenhouwer van het dorp. Maar ik was niet echt overtuigd van de uitzonderlijke smaak. Dit zegt genoeg over de rest van de NZ-landse worst denk ik. Het gehucht vormt ook de vertrekbasis voor de slechts 9 jaar oude Humpridge track. De track wordt uitgebaat door een private stichting en niet door de DOC (department of conservation). Ik zie in het hostel allemaal mensen die zich voorbereiden om deze driedaagse wandeling te maken en krijg zelf goesting om nogeens te trampen. Nochtans is dit nog niet lang geleden. Ik ga naar het informatiecentrum om te vragen of er nog hutten op de track vrij zijn. Het is paasvakantie en de hutten zijn reeds 2 maanden op voorhand volgeboekt. Teleurgesteld bezoek ik het nabije bushmanmuseum. Zoals de rest van de musea in NZ bevat dit gebouw weer enkele hoogtepunten. De belangrijkste attractie van dit museum is hier een dozijn geroeste boomzagen. Ik ga ook naar het andere museum met oude potten en pannen. De belangrijkste attractie is hier echter het bijhorende cafe waar ze er in slagen milkshakes te maken met aardbeipoeder? Op weg kom ik weer de dame van het info-centrum tegen en ze zegt:"I think it`s your lucky day". Tijdens mijn bezoek aan het museum hebben 2 mensen telefonisch de track geannuleerd. Na de verplichte briefing van 15 minuten kan ik de volgende dag vertrekken. De eerst dag ga ik door een weer uitzonderlijk mooi bos van de zee naar de Okaka hut op een hoogte van 900 m waar er een koude wind staat en een laag van 20 cm sneeuw ligt. Vanaf hier heb je een uitzicht op de besneeuwde toppen van de Southern Alps en Stewart eiland. Vanaf hier een hobbelig en modderig padje naar beneden waar we in Port Graig village overnachten. Onderweg zien we 4 kaka`s in het bos. Een kaka is een zeldzame grote groene papegaai. In de hut zegt een NZ-landse tramper: "Ik woon hier al heel mijn leven en heb nog nooit een kaka in het wild gezien, jij hebt geluk!". Ik vertel hem dat in het statieboske van Essen er ook veel kaka`s zijn. Deze soort is overwegend bruin en kan niet vliegen. De man verschoot want dacht dat de kaka uniek was voor Nieuw-zeeland. Vanuit Tuatepere rijd ik verder naar Riverton waar ik een afspraak heb met Adam, de Ierse folkmuzikant die ik enkele maanden eerder ontmoet heb in Motueka in de Riverside Community. Hij toont zijn tuin en spreekt over uitzonderlijke opbrengsten die zijn tuiniersmethode oplevert. De hoek van zijn eigendom is ingericht als voedselbos, een mengeling van interessante vruchtdragende struiken en bomen. Ik vraag of ik een tijdje kan blijven maar het is een te drukke periode voor hem. In de loop van de namiddag arriveert echter Sherry uit het nabije Invercargill met een tiental koehoorns en een emmer met koemest. Ze vraagt aan ons of we kunnen helpen met een of ander duister ritueel. We vullen de koehoorns met mest en begraven de koehoorns in een kuil in de hoek van de tuin. Het is de bedoeling dat de inhoud van de horens na zes maanden gedurende een uur vermengd wordt met een grote hoeveelheid water. In de juiste maanstand moet het mengsel dan in een spiraalvorm uitgespreid worden over de tuin. Ik vraag haar of ze geen werk voor me heeft want ik ben plots geinteresseerd in deze speciale tuinbouwtechnieken. Na wat geaarzel zegt: “Ok, je kan een paar dagen blijven in ruil voor het maken van enkele plantbedden“. Op donderdag arriveer ik bij Jeff en Sherry en ze tonen me eerste de inrichting van de tuin. Ze hebben 8 ha met o.a. en 7-tal Jersey-koeien inclusief een kleine melkstal. Het hout voor de plantbedden ligt al klaar. In de voormiddag dien ik van 9 tot 13.00 u te werken zodat ik in de namiddag en avond vrij ben. Sherry heeft een hele collectie dvd`s i.v.m. permacultuur en bio-dynamische land- en tuinbouw. Op zondag organizeren ze een workshop i.v.m. thuis kaasmaken. Ik mag deze dag als assistant bijwonen. Tijdens de pauze houdt Sherry een stevig pleidooi ten voordele van vergeten voedsel en oude voedingsgewoonten. De gezondsheidsproblemen gekoppeld aan de NZ-landse fastfoodcultuur tracht ze te verduidelijken met foto`s van de gebitten van Maori van vroeger en nu. Ze pleit o.a. ook voor het gebruik van vlees en boter. Na enkele dagen vertrek ik vanuit Bluff met de catamaran naar Stewart eiland. De zee is nogal onstuimig en een aantal passagiers zit er maar bleekjes bij. Er wonen 361 mensen op dit eiland. Er is 1 politieman die klaagt dat er te weinig werk is op dit eiland met als gevolg dat hij rondrijdt in zijn politiewagen met achteraan een geroeste boot. Er is 1 winkel met een groot bord waarop in krijt de namen van de jarigen van het dorp dagelijks worden geschreven. Ik ga naar het plaatselijk DOC-kantoor want wil een tocht maken naar Mason Bay aan de andere kant van het eiland om eindelijk eens een kiwi te zien. Dit is namelijk zowat de plaats in NZ-land met de meeste kans op een kiwi in het wild. Ik vertrek met de boot (watertaxi) door de Paterson-baai om gedurende 4 dagen door de bossen te struinen van hut tot hut om een glip op te vangen van dit illustere boskieken (zie film op you tube met als titel "een kieken in het bos."). Op de derde dag in de overnachtingshut zie ik op de hangbrug een man met een blonde baard en rode pet. Jawel het is Psamek, de Pool met wie ik een maand eerder 10 dagen een 300 km meer naar het Noorden reisde. Hij heeft er een circuit van 12 dagen gevolgd en had de laatste 4 dagen niemand meer gezien. Het heeft een eigenaardig effect op een mens geeft hij toe. Hij heeft veel gezongen en na 1 dag begon hij al tegen zichzelf te praten. Er wacht mij een zware terugtocht van 7 uur door kniehoge modder waarvoor dit traject in heel NZ-land bekend voor is. In Oban, het dorp van Stewart eiland, vertrek ik de volgende dag met een vissersboot om er de smakelijke blue cod te vangen. Op de boot ben ik niet echt geinteresseerd in de gemakkelijk te vangen vis maar des te maar in de tientallen mollymawks, een soort verkleinde versie van een albatros. Deze vogels beschikken nochtans over de behoorlijke vleugelspanwijdte van 1,7 m. Ik breng ook een bezoek aan Ulva eiland, 1 van de weinige roofdiervrije eilanden in NZ-land. Het eiland is vol van vogelgezang en ik zie er weer enkele kaka`s, weka`s en de zeldzame saddleback. Ik besef weer wat een gigantische ecologische schade te weeg is gebracht door de intrroductie van possums, konijnen, ratten, katten en hermelijnen. Een Canadese bioloog verwoordde het goed: “Eigenlijk is Nieuw-zeeland 1 gigantische ecologische ramp.” Iets wat ik al lang dacht. De meeste toeristen zien een pinguin en met wat geluk een kiwi en vertellen thuis dat de natuur hier fantastisch is. Maar ik heb soms het gevolg dat dit land een soort van ecologisch kerkhof is met tal van soorten op de rand van de afgrond. Op een plaatje in het Otago-museum van Dunedin wordt vermeld: ”Van de 39 gekende vogelsoorten die niet kunnen vliegen zijn er 31 uitgestorven”. Van de oorspronkelijke kiwi-populatie schiet minder dan 1 procent over en het aantal neemt nog steeds af met 3 procent per jaar. Tegen dit tempo schiet er in 2050 geen kiwi meer over. Maar het bos is nog steeds groen dus vinden we alles OK. De laatste daq gaan we met een groep van het hostel kayakken op de Patersonbaai. Na 2 uur peddelen bereiken we een oude site op een schiereiland waar men vroeger vertrok om walvissen te vangen. We eten er onze boterhammen en in dit vergeten gat in de middle of nowhere horen we stemmen. Het verrast ons dat hier mensen zijn. Robin , Nieuw-zeelander, komt ons tegemoet en zegt dat hij hier met een bijzonder project bezig is. Hij bouwt hier een ecologisch verblijf bestaande uit tipi`s. Hij vraagt van waar ik kom. Belgium zeg ik. “Dat land ken ik goed” zegt hij. “Mijn vrouw komt van daar nl. van de Wildert“ vervolgt hij.
Ik kan mijn oren niet geloven als hij zegt dat zijn vrouw van de Wildert kom. Enkele uren tevoren heb ik nog met de Wildert gebeld om mijn schoonzus met haar verjaardag te feliciteren. We wisselen mail-adressen uit want hij is blijkbaar nog vroeger dan mij op de Wildert. `S avonds belanden we in de pub waar de wekelijkse kwisavond plaats vind. De eigenzinnige kwismaster roept door het café: “Als je niet van kwissen houdt, ga naar het volgende café. Aangezien er maar 1 café is zijn we wel verplicht om deel te nemen. De avond wordt afgesloten door een spontaan optreden van de plaatselijke Johnny Cash.. Na Stewart eiland beland ik in de kuststreek ,de Catlins genaamd, ten Zuiden van Dunedin waar ik de geeloogpinguins op het land zie huppelen na een dagje vissen tussen de kelpwouden van de oceaan. Ik ontmoet er ook enkele zeeleeuwen en zie een 5-tal Hector-dolfijnen ssurfen op de golven van Curio-baai. Vlak voor het hostel van Waikaka valt zonder een of andere de motor van de Volvo uit en moet de auto 10 meter verder op de oprit duwen. Ik heb het vermoeden dat er weer iets ernstig mis is. De eigenaar van het hostel is gelukkig een handige Harry en onderzoekt de wagen en wijst op een ernstig technisch defect. Ik ben niet van plan om ook dit te laten reparen en en ben moe van al de kopzorgen die een auto teweeg kan brengen en vraag of ik de auto hier kan achterlaten. Hij zegt OK en wijst er op dat de andere geparkeerde autowrakken afkomstig zijn van andere gestrande reizigers. Hij neemt me de volgende dag mee naar Invercargill om op het postkantoor het paperassenwerk te regelen. Ondertussen, verlost van de auto, begin ik uit te kijken naar Sydney en vooral naar de tropische bakoven van Bali/Java.
-
07 Mei 2009 - 13:02
Marrek:
Ja Koen, zo te lezen ben je écht wel aan de reis van je leven bezig! Man, man, man toch... en dan nog stilvallen vlak voor een café: wat een zalig toeval!!? En slavenarbeid verricht??? Dacht dat zoiets alleen in Stabroek kon...
Ga nu maar wat bakken in de Javaanse oven, want van de Belgische "hitte" zal je het niet moeten hebben!! -
10 Mei 2009 - 20:57
Denice Barrientos:
Hola¡
Pienso que son fotos de muy buena calidad, un deleite a los ojos y al alma.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley